Het hardervirus is ook na een nachtje slapen sterker dan de wil om een slijmviswedstrijd succesvol te beëindigen en brengt me vandaag een paar uurtjes naar de Amsterdamse havens. Het wordt een warme zonnige dag met weinig wind, ideale omstandigheden om er weer eentje te vangen.
Op stek 1 zijn ze echter niet te bekennen. Ik blijf tevergeefs een half uurtje plakken in de hoop dat ze toch nog opduiken.
Het lukt uiteindelijk een half uur later ergens anders een schooltje van drie te spotten. Niet veel, maar ze zijn duidelijk in ‘eetmodus’ en scharrelen tussen de keien aan de kant. Dus wie weet…
De plek is verder ook niet echt geweldig. Ik zit aan een parkeerplaats met allerlei horeca in de buurt. Er komt bijvoorbeeld een hele trouwpartij langs. Maar hier zijn in ieder geval een paar harders, dus ik ga het proberen en begin een voerplek te maken van broodpap. Een tijdje moet ik stoppen met voeren om een zwaan niet in de buurt te houden. Gelukkig geeft hij het al snel op.
De drie lijken zich weinig van het lokvoer aan te trekken. Toch zie ik na een tijdje hele kleine belletjes aan het oppervlak verschijnen. Er moet daar dus wel iets zitten. Na het optuigen van de hengel stel ik het dobbertje op pakweg 50 centimeter af en gooi in, samen met wat lokvoer.
Nog geen halve minuut later waggelt het dobbertje rustig weg. Stevige weerstand na het aanslaan, maar het is geen brasem en zéker geen harder. Het blijkt een mooie winde te zijn, tegen de 40 centimeter. Helaas vergeet ik het fototoestel bij de afdaling over de stenen naar de waterkant en weet te vis zich uit m’n handen te bevrijden.
Goed, de belletjes zijn dus afkomstig van windes. De hengel gaat weer aan de kant en om de paar minuten gaan er kleine porties lokvoer te water. Een wandelingetje leert dat de drie harders nog steeds in de buurt rondscharrelen.
Uiteindelijk komen ze langs m’n stek, maken een rondje en zwemmen weer verder. Maar nu hebben meerkoeten de voerplek en de drijvende stukjes brood ook ontdekt. Het licht heffen van de hengel is genoeg om ze te verjagen.
Even later komen de harders weer en lijken nu wel iets meer geïnteresseerd in het brood. En zoeff… daar scheurt ook een meerkoet op een korstje af. Dit verschrikt de vissen en ze verdwijnen met een grote kolk.
De natuur verpest het een tweede keer als na lange tijd de harders -het zijn nu vier!- weer terug zijn en wederom op de voerstek lijken te willen blijven hangen. POF!…Nu landt er ineens een meeuw precies tussen de vissen. Ook daar schrikken ze weer enorm van en wég zijn ze….
Ja, hier kan ik dus niet tegenop. Dan maar vissen op wat er dan ook inmiddels is aangelokt. Snel schiet het dobbertje onder en daar komt een brasem. Kort erna volgen brasem twee en drie.
Het wordt nog even spannend als ineens broodkorstjes van het oppervlak worden geplukt. Het blijkt een eenmalige actie. Wel vang ik even later weer een winde, kleiner dan de eerste. Na de vierde brasem is het welletjes geweest.
Het is een karig hardermiddagje, met slechts vier gespotte en verder onwillige vissen en wat ‘bijvangst’. Tóch nog steeds spannend genoeg om nog een tijdje mee door te gaan ;-).
Groeten!
Marc
Posted on 29 augustus 2015
0